Station Nieuw-Amsterdam
Gewijzigd: l:06-08-2024
Gegevens station
Afkorting: | Na |
Positie: | km 66,167, rechterzijde |
Adres: | Stationsstraat |
Exploitatie
Geopend als station aan de spoorlijn Zwolle - Stadskanaal. Na de sluiting van de spoorlijn Emmen - Gasselternijveen in oktober 1938 loopt de spoorlijn tot Emmen, met uitzondering van een kleine opleving in en na de Tweede Wereldoorlog als het stuk tussen Emmen - Gasselternijveen heropend wordt.
Geopend: | Gesloten: | |
Personenvervoer: | 1 november 1905
27 juni 1945 |
17 september 1944
n.v.t. |
Goederenvervoer: | 1 november 1905 | 1993 |
Vanaf 6 oktober 1935 wordt het vervoer van stukgoederen uitgevoerd door de ATO-vrachtautodienst. Halen en brengen van stukgoederen kan bij P.H. Brouwer, stationsstraat 3 te Nieuw-Amsterdam. Voor wagenladingen en vee blijft het station geopend.
Gebouwen
Stationsgebouw
Stationsgebouw van het type NOLS 2e klasse. Het stationsgebouw is aanbesteed met bestek NOLS-21. Op de eerste etage waar de stationschef woont, is aan de westzijde in 1913 een raam ingebouwd. Oorspronkelijk is er aan de noordzijde een kleine goederenbergplaats met 1 schuifdeur. De goederenloods is eveneens in 1913 aanmerkelijk vergroot. In 1919 wordt aan de oostkant een uitbouw gemaakt voor een extra wachtkamer. Het passagiersaanbod is zo groot dat de oude wachtkamers het aanbod niet aankunnen. De uitbouw heeft dezelfde vorm als die van Vriezenveen.
In eerste instantie wordt de perronzijde en de westelijke zijmuur van gebouw wit geplamuurd. De straatzijde is eind jaren 50 van de 20e eeuw nog onbehandeld. De laatste jaren is ook de straatzijde van het stationsgebouw behandeld met een dikke laag witte plamuur.
Stationsgebouw van Nieuw-Amsterdam vlak voor de opening.
|
Stationsgebouw van Nieuw-Amsterdam gezien vanaf het VLC gebouw met een DE2 treinstel op de voorgrond.
|
Op het tweede perron komt (jaren 70) een glazen abri waar de reizigers kunnen schuilen. Op het tweede perron staan ook nog enkele losse bankjes. Bij de glazen abri staat ook een klok op een paal. Op dezelfde hoogte komt op het eerste perron voor het stationsgebouw eenzelfde klok te staan.
Met de komst van de elektrische treinen op het baanvak Zwolle - Emmen en de daarbij behorende automatische beveiliging vervalt de noodzakelijkheid van een bemanning op het station. Het loket is dan ook sindsdien niet altijd meer voor kaartverkoop open en komt later helemaal te vervallen.
Het zwaar verwaarloosde stationsgebouw van Nieuw-Amsterdam enkele jaren voor de sloop. De klok is nog aanwezig en staat voor het stationsgebouw.
|
- |
Het tegeltableau met de stationsnaam is de laatste jaren niet meer compleet. Een 3-tal letters zijn uit het tableau gebikt, waardoor de naam 'Nieuw-Amsterdam' niet meer volledig aanwezig is. Het stationsgebouw is eind jaren 80 van de 20e eeuw in een slechte staat van onderhoud. De NS wil het dan ook het liefst afbreken en vervangen door een moderne abri. Er is spraken van geweest dat het politiebureau van Nieuw-Amsterdam in het stationsgebouw gevestigd zou worden. Maar als het gebouw te slecht is om als station te dienen dan is het verwonderlijk dat het als politiebureau nog jaren dienst zou kunnen doen. De sloop van het stationsgebouw begint op 30 oktober 1992. Ter vervanging bouwt NS een eenvoudig wachthokje langs het perron.
Haltegebouw
Na de sloop van het stationsgebouw, bouwt de NS een eenvoudige voorziening om de wachtende reizigers te beschermen tegen de weersinvloeden. Het is een metalen frame met een dak waar tussen ramen gemonteerd zijn. De ramen van het gebouw moeten het regelmatig ontgelden. Uiteindelijk geeft de NS het steeds maar weer repareren van het gebouwtje op. Sindsdien staat het gebouwtje er glasloos bij.
In later jaren worden er toch weer ramen in de abri's op het 1e en 2e perron geplaatst en hebben de reizigers nu enige bescherming bij het wachten. De abri op het 1e perron heeft aan beide zijde geen echte banken maar steunen waar reizigers tegenaan kunnen leunen. Het gebouwtje is zo ondiep dat bescherming tegen regen en kou maar zeer beperkt is. De oplossing is dan om aan de andere kant van het gebouwtje te gaan staan.
Station Nieuw-Amsterdam zonder stationsgebouw en uitsluitend 2 abri's op de perrons 1 en 2.
|
Abri op het 1e perron met ramen en steunen waar reizigers tegenaan kunnen leunen. Op het dak staat het logo van de Vechtdallijnen. Achter de abri staat een gele kaartjesautomaat van NS. Later is een exemplaar van Arriva geplaatst.
|
Nevengebouw
Het nevengebouw is aanbesteed met bestek NOLS-21. Het nevengebouw is van het kleine type zonder ruimte voor het treinpersoneel. Het nevengebouw staat aan de zijde Coevorden naast het stationsgebouw in de richting van de brugwachterswoning. Het nevengebouw heeft er tot zeker 1966 gestaan, maar is inmiddels afgebroken.
In tegenstelling tot het stationsgebouw is het nevengebouw niet wit geplamuurd.
Nevengebouw zoals dat bij het station Nieuw-Amsterdam wordt gebouwd.
|
Bergplaats voor ploeggereedschap
In 1906 wordt een bergplaats voor ploeggereedschap nabij het stationsgebouw geplaatst. Deze bergplaats is inmiddels afgebroken.
Brugwachterswoning, Verlengde Hoogeveenschevaart (nummer 9)
De brugwachterswoning is aanbesteed met bestek NOLS-21. Op de plaats waar de woning is gebouwd staat oorspronkelijk al een gebouw. Dit gebouw wordt voor de aanleg van de NOLS afgebroken. De woning staat verder van het spoor af dan bij de meeste andere wachterswoningen. Dit is gedaan om ruimte te scheppen voor het havenspoor en eventuele uitbreidingen. De brugwachter bedient de brug over de Verlengde Hoogeveenschevaart. Bij de brugwachterswoning staat een houten schuurtje. De voorkant van de woning is wit geplamuurd. De brugwachterswoning is inmiddels afgebroken.
Vlak naast de draaibrug beschikt de brugwachter over een houten wachtpost. De wachtpost is een kleine ruimte met deur en puntdak. Deze wachtpost staat aan de oostkant van het spoor. Via een paadje heeft de brugwachter een directe verbinding tussen zijn huis en de wachtpost.
Gezicht op Nieuw-Amsterdam. In het midden is de brugwachterswoning te zien en op de voorgrond het bordessein voor de richtingen Coevorden en Schoonebeek.
|
- |
Woning ploegbaas
Naast het stationsgebouw staat een woning voor de ploegbaas. De woning is later dan het stationsgebouw neergezet. Deze woning is na de sloop van het stationsgebouw blijven staan en is nog steeds bewoond.
Woning bij het station van Nieuw-Amsterdam.
|
- |
Verhoogde seinpost
Aan de westkant van de brug over de Verlengde Hoogeveenschevaart staat sinds 1961 een seinhuis van waaruit de wissel en de beveiliging naar Schoonebeek kan worden bediend. Na de indienststelling van de elektrificatie in mei 1987 worden alle wissels en seinen vanuit Zwolle bediend. Het seinhuis verliest hiermee zijn functie en is enkele weken later gesloopt.
De verhoogde seinpost langs het spoor.
|
- |
Emplacement
Nieuw-Amsterdam 01
Nieuw-Amsterdam 02 Nieuw-Amsterdam 03 Nieuw-Amsterdam 04 Nieuw-Amsterdam 05 Nieuw-Amsterdam 06 Nieuw-Amsterdam 07 Nieuw-Amsterdam 08 |
Bij de opening van het baanvak Coevorden - Gasselternijveen heeft Nieuw-Amsterdam het standaard NOLS-emplacement met 2 perrons, maar zonder doorgaand kruisspoor. Wel is er een aansluiting van een spoorweghaven net na de brug over de Verlengde Hoogeveenschevaart. Het wissel ligt iets voorbij het midden tussen kanaal en perron. De goederenfaciliteiten liggen ten oosten van het stationsgebouw. De trein richting Coevorden moet na het kruisen van een tegentrein achteruit rijden om zijn weg over het hoofdspoor te kunnen voortzetten. In totaal omvat het emplacement bij de aanleg 4 halve wissels. Met de aanbesteding van bestek SS-1156 in 1908 krijgt Nieuw-Amsterdam een volwaardig kruisspoor.
In de jaren 10 van de 20e eeuw komt er zelf een 3e perron en worden de sporen verder uitgebreid. In 1943 wordt het 3e perron weer verwijderd.
In 1918 worden de sporen langs de spoorweghaven aangelegd. Deze sporen zijn in te rijden vanuit de richting Emmen. Aan beide zijden van de spoorweghaven komt een havenspoor. Een tiental meters achter het achterste havenspoor wordt nog een 3e goederenspoor aangelegd. Dit spoor eindigt vlak voor de molen. Langs het 3e spoor wordt aan de zijde van het 2e spoor een verhoogde los- en laadplaats gemaakt. Achter dit 3e spoor loopt de omgelegde parallelweg. Langs de sporen vestigen zich in de loop der tijd diverse bedrijven. Langs het 3e goederenspoor wordt een verhoogde los- en laadplaats aangelegd. In 1960 komt achter in het 3e spoor de 3e spoorweghaven. De verhoogde los- en laadplaats langs het spoor wordt verwijderd.
Na de oorlog zijn er plannen om ten oosten van het stationsgebouw van Nieuw-Amsterdam ter hoogte van de overweg een faciliteit voor het laden van oliewagens te maken. De ideeën zijn in maart 1946 door de spoorwegen zelfs uitgewerkt op een tekening. Het betreft een enkelsporig laadspoor dat via een steekbeweging vanaf het emplacement is in te rijden. De trein rijdt een doodlopend spoor richting Emmen op. Vanaf dit spoor kan de trein terugsteken naar het laadspoor. Het doodlopende spoor en het laadspoor zijn kort en kunnen maar plaats bieden aan enkele oliewagens. Deze plannen zijn verder niet uitgewerkt.
Gezicht op het emplacement Nieuw-Amsterdam vanaf de graansilo, kijkend richting noord bij km 66,2. Naar links loopt het spoor naar de kade langs de Verlengde Hoogeveensche Vaart en de diverse spooraansluitingen. Rechts in de hoek is het perron van het station.
|
Het 3e spoor is verwijderd en vervangen door een strook gras. De seinen zijn iets in de richting Emmen verplaatst.
|
Om het olietransport efficiënter en grootser aan te pakken wordt besloten een speciale oliespoor naar Schoonebeek aan te leggen. Even voor Nieuw-Amsterdam, aan de kant van Dalen bevindt zich de aftakking van de olielijn naar Schoonebeek. Deze aftakking komt op 20 december 1946 in gebruik. Sindsdien wordt het emplacement gebruikt voor het kopmaken van de olietreinen. Deze komen aan uit de richting Coevorden. De locomotieven lopen om, waarna de trein naar Schoonebeek vertrekt. De volle treinen uit Schoonebeek herhalen dit ritueel maar vertrekken dan uiteraard richting Coevorden. Een enkele keer worden er een aantal oliewagens uit de trein gerangeerd en op een zijspoor in Nieuw-Amsterdam gezet. In de eerste jaren worden de olietreinen met stoomlocomotieven gereden. In Nieuw-Amsterdam is echter geen draaischijf aanwezig. De locomotieven worden in Coevorden gedraaid. Bij de oude locomotievenloods is de draaischijf nog aanwezig. Een deel van het traject tussen Coevorden en Schoonebeek moeten de locomotieven dan noodgedwongen achteruit rijden.
Voor het 2e spoor is een eilandperron aanwezig. Dit perron kan alleen voor spoor 2 gebruikt worden. Aan de kant van spoor 1 staan hekken. Treinen die stoppen op spoor 1 laten de passagiers uitstappen op het perron voor het stationsgebouw. Tussen 1974 en 1978 zijn de perrons vervangen en verhoogd en is op het 2e perron een abri geplaatst.
Het zicht op de overweg bij kilometer 66,707 (Bedrijvenweg / Veilingstraat) is vanuit het station slecht. Daarom is er een gesloten TV-circuit geïnstalleerd om te zorgen dat de stationschef zicht heeft op het verkeer bij de overweg.
Tijdens de elektrificatie werkzaamheden in 1986 / 1987 worden de opstelsporen nog een tiental meters verlengd. De aansluiting naar de firma Agrico wordt verwijderd. Tevens komt aan er aan het 2e spoor een kort doodlopend opstelspoortje voor een locomotief dat bereikbaar is via een Engels wissel. Dit kopspoortje wordt ook van een rijdraad voorzien. Het is de enige goederenvoorziening langs de spoorlijn Zwolle - Emmen die in 1987 van een rijdraad is voorzien. Het wordt echter zelden tot nooit gebruikt, omdat de goederentreinen met diesellocomotieven blijven rijden.
Het spoor langs de haven en het middelste goederenspoor westelijk langs de loodsen zijn in 2007 geamputeerd. Het stootblok van middelste spoor is vlak bij het wissel geplaatst, terwijl van het havenspoor enkele stukken rails simpelweg verwijderd zijn. In 2015 wordt het aansluitende wissel naar de (voormalige) havensporen verwijderd.
Door het wegvallen de olietrein wordt het derde spoor van het emplacement niet meer gebruikt. ProRail is van plan om dit spoor plus het Engelse wissel en het korte opstelspoortje in 2022 te gaan verwijderen. In de 2e helft van 2023 is het opstelspoortje nog aanwezig. In de treinvrije periode van 25 november tot en met 4 december 2023 wordt het emplacement en de perrons van Nieuw-Amsterdam door de firma Swietelsky aangepakt. Het derde spoor wordt opgebroken inclusief het kopspoortje en de resten van de aansluiting naar de spoorweghaven en de perrons worden op de juiste hoogte gebracht.
Beveiliging
Conform de bedieningsvoorschriften van 1973 zijn op de perrons 1 en 2 vertrekseinlichten aanwezig die gaan branden zodra het betreffende uitrijsein uit de stand stop komt. Aan de zijde Coevorden staat een bordessein met de seinen Bs (Schoonebeek) en Bc (Coevorden). deze seinen gelden alle 3 sporen van het emplacement van Nieuw-Amsterdam. Aan de zijde Emmen staat uitrijsein C. Het spoor langs het 1 perron is voor beide richtingen ingericht voor het doorrijden zonder te stoppen. Inrijseinen met voorseinen staan er voor de richtingen Coevorden (Ac), Schoonebeek (As) en Emmen (D).
Bordessein aan de zijde Coevorden voor de richtingen Schoonebeek (links) en Coevorden (rechts).
|
Dwergsein 434 voor het 2e spoor richting Zwolle is vanwege eventueel opspattend grind voorzien van een extra beschermend raster.
|
Tijdens de modernisering in 1987 worden de sporen 2 en 3 richting Coevorden voorzien van dwergseinen. Trein die vanaf deze sporen vertrekken mogen dat doen met een maximale snelheid van 40 m/h. Pas na het passeren van het Engelse wissel kan de trein verder versnellen. Ook het opstelspoortje heeft een dwergsein, zodat op het spoortje een locomotief kan worden weggezet en de treindienst verder gaat. Spoor 1 heeft een normaal sein, waardoor de treinen met een hogere snelheid kunnen vertrekken of doorrijden.
Met het afbreken van het derde spoor en het plaatsen van een ander wissel eind 2023 kan er ook vanaf met spoor 2 met een hogere snelheid vertrokken worden. Het dwergsein wordt vervangen door een hoogsein.
Sein 434 langs het 2e spoor is veranderd in een normaal hoogsein. De seinen zijn in de richting Emmen verplaatst. Op het voormalige VLC-gebouw is het portret van Vincent van Gogh geschilderd.
|
- |
Spoorweghaven
Spoorweghaven I
In Nieuw-Amsterdam is een laad- en losspoor voor schepen geprojecteerd aan de rechterkant van de spoorlijn na het oversteken van de Verlengde Hoogeveenschevaart. Vanuit het emplacement van Nieuw-Amsterdam takt een spoor af richting Hoogeveenschevaart parallel aan de spoorlijn naar Coevorden. De ruimte is echter te krap om een volledige boog in het spoor te leggen. Beide sporen lopen voor de brugwachterswoning langs. Om de goederenwagens toch evenwijdig aan het kanaal te krijgen loopt het spoor uit op een goederenwagendraaischijf. De draaischijf ligt vlak bij de brug. De wagens dienen hierop 90 graden gedraaid te worden. De Staatsspoorwegen stellen als eis aan een dergelijke schijf, dat in de afdekking van de schijf, die bestaat uit 5 cm dikke gecreosoteerd dennenhout, luiken komen die voor onderhoud eenvoudig geopend kunnen worden.
Rechts op de foto zijn mannen aan het werk aan wat vermoedelijk de eerste spoorweghaven van Nieuw-Amsterdam is. Op de achtergrond de draaibrug over de Hoogeveenschevaart, met daarachter de molen.
|
- |
Langs de kade komt een losspoor. Op dit spoor kunnen enkele 2-assige goederenwagens staan. Om te voorkomen dat wagens bij de draaischijf doorschieten zijn in het verlengde van het havenspoor en het spoor van het emplacement stootblokken gemaakt. De weg langs het kanaal wordt ter plekke omgeleid. Het verkeer langs het kanaal moet vanuit Nieuw-Amsterdam eerst de toegangsweg naar het station in, om halverwege deze weg links af te slaan. Vlak bij de wissel naar het havenspoor wordt de spoorlijn gekruist. Na de kruising buigt de Kanaalweg scherp links af richting Verlengde Hoogeveenschevaart. Daar aangekomen kan het verkeer rechtsaf de oorspronkelijke Kanaalweg weer vervolgen.
In 1911 beginnen de Staatsspoorwegen met de uitbreiding van de havensporen. In 1912 zijn de werkzaamheden gereed. Er is een 2e draaischijf toegevoegd aan de sporen.
Spoorweghaven II
In 1915 besteden de Staatsspoorwegen bestek SS-1375 aan. Dit werk omvat het graven van een spoorweghaven met aansluiting voor de scheepvaart op de Hoogeveenschevaart. De spoorweghaven ligt tussen de molen en het emplacement van Nieuw-Amsterdam. Aan de zijde van het emplacement is in de jaren 40 van de vorige eeuw de graansilo gebouwd. De weg die parallel langs het kanaal loopt krijgt een ophaalbrug over de nieuwe havenmond. De nieuwe haven biedt aanzienlijk meer overlaad mogelijkheden en belemmert niet de doorgaande scheepvaart. In 1918 wijzigen de Staatsspoorwegen de aansluiting van de sporen naar de nieuwe haven. Bij de ingebruikname van deze spoorweghaven zijn de oude sporen met draaischijven langs de Hoogeveenschevaart afgebroken.
Luchtfoto van spoorweghaven II met op de voorgrond de ophaalbrug. Links van de brug staat de molen.
|
Overgangsfase tussen spoorweghaven II en III. De nieuwe spoorweghaven III is al gegraven, maar nog niet aangesloten op het kanaal. Ook de nieuwe hefbrug voor het wegverkeer is nog niet geplaatst. Op de voorgrond achter het gebouw is een boot zichtbaar die ligt in de oude spoorweghaven II.
|
Spoorweghaven III
Het gebied westelijk van de molen is oorspronkelijk agrarisch. Naast de molen staat een boerderij. In vanaf de jaren 50 wordt het gebied rondom de spoorweghaven omgevormd tot een industrieterrein. Eind jaren 50 wordt ten westen van de molen wederom een nieuwe spoorweghaven gegraven. Voor de toegang naar de spoorweghaven wordt een nieuwe verbinding naar de Hoogeveenschevaart gegraven. Deze toegang komt precies op de plaats waar eens de boerderij naast de molen stond. In de weg komt een nieuwe ophaalbrug. Na de ingebruikname van de nieuwe haven wordt de oude spoorweghaven gedempt. Getuige oude foto's hebben de beide ophaalbruggen voor spoorweghaven II en III gedurende korte tijd naast elkaar gelegen. De goederensporen behoeven geen of nauwelijks aanpassing. Het achterste goederenspoor is nu het spoor langs de haven. De beide andere sporen bedienen de loodsen in het gebied.
De nieuwe spoorweghaven met op de voorgrond diverse goederenwagens.
|
Zelflosser langs de kade van de spoorweghaven.
|
De 3e spoorweghaven en de ophaalbrug zijn nog steeds aanwezig. In de 21e eeuw is het havenspoor niet meer aangesloten op het emplacement.
De sporen naar de spoorweghaven zijn opgebroken. Rechts het voormalige spoor naar de loskade.
|
- |
Brug Verlengde Hoogeveenschevaart
Even voor het station Nieuw-Amsterdam bevindt zich de Verlengde Hoogeveenschevaart. Het kanaal wordt o.a. gebruikt om turf af te voeren. De spoorlijn staat haaks op het kanaal. De NOLS bouwt een stalen draaibrug om het kanaal te kruisen. De scheepvaart moet de opening aan de zijde Dalen gebruiken. Aan de zijde van het station bevindt zich een houten raamwerk in het kanaal om de brug te bedienen en te onderhouden.
In 1924 worden er in de Tweede Kamer vragen gesteld over het gesloten houden van spoorbruggen voor het scheepvaartverkeer door het rangeren van goederentreinen. Ook de brug in Nieuw-Amsterdam is een van de gewraakte bruggen in het onderzoek. In Nieuw-Amsterdam komen per dag 2 goederentreinen die respectievelijk 48 en 50 minuten oponthoud hebben. Daarmee is uitgesloten dat deze 2 goederentreinen het scheepvaartverkeer ernstig hinderen. Er zijn ook geen klachten van schippers binnen gekomen over lange stremmingen.
Eerste brug over de Verlengde Hoogeveenschevaart in geopende stand.
|
Nieuwe spoorbrug in Nieuw-Amsterdam, maar nog zonder bovenleiding. Op het emplacement aan de rechter kant staan al wel de eerste portalen.
|
In 1986 wordt de oude draaibrug vervangen door een nieuwe hefbrug. Deze brug is geschikt voor dubbelspoor, maar zal voorlopig slechts met één spoor zijn uitgerust. De brug wordt gekenmerkt door zijn fel blauwe bogen. Naast de brug bevindt zich een brugwachtersverblijf. Dit onderkomen heeft ronde vormen. Het gebouw bestaat uit 5 verticale panelen met aan de bovenzijde in ieder paneel een raam. Met de elektrificatie wordt de brug voorzien van elektriciteit. Als de brug wordt geopend gaat de bovenleiding niet mee omhoog. De brug kan dan ook niet hoger dan rijdraad worden geopend. Binnen ProRail heeft de brug de afkorting "HVVB".
Onderkomen voor de brugwachter in aanbouw bij de nieuwe spoorbrug in Nieuw-Amsterdam.
|
Arriva trein naar Zwolle paseert de spoorbrug.
|
Personeel
Op het station van Nieuw-Amsterdam hebben een groot aantal mensen gewerkt. Hieronder staat een overzicht van diverse personen en functies zover bij de auteur bekend, gebaseerd op de overzichten uit "Het Utrechts Archief" en publicaties in kranten en boeken. Het overzicht is niet compleet en zal waar mogelijk worden aangevuld. De personen zijn ingedeeld naar de laatste functie die ze op het station Nieuw-Amsterdam hebben vervuld.
Functie: | Van: | Tot: | Naam: | Opmerking: |
Stationschef 4e klasse | 01-11-1905 | 31-05-1920 | P. Beintema (Pieter) | Afkomstig uit Westerbroek. Vertrekt naar Gorssel. |
Stationschef 3e klasse | 01-06-1920 | 15-03-1925 | U.G. Egmond (Uilke Gerard) | Voorheen commies te Amsterdam in dienst van de HSM. |
Eerste haltechef | 16-03-1925 | 05-09-1936 | C. van Ham (Cornelis) | Afkomstig uit Mantgum. Vertrekt naar Emmen. |
Stationschef | 06-09-1936 | 01-08-1939 | J. Meijer | Afkomstig uit Weerdinge. In 1939 na 39 jaar en 3 maanden dienst met pensioen. |
Stationschef | jaren 40 | ? | Voordepoort | In juli 1944 viert hij in Nieuw-Amsterdam zijn 25-jarig jubileum. |
Stationschef | rond 1960 | circa 1963 | A. van Meekeren | - |
Stationschef | circa 1963 | ? | Scheffer | - |
Stationsambtenaar | 16-10-1918 | 31-01-1924 | J. Luinstra (Jacob) | Voorheen Telegrafist te Wirdum. Komt als Stationsambtenaar naar Nieuw-Amsterdam. Vertrekt naar Elst. |
Assistent v.d. stationsdienst | 27-01-1924 | 02-05-1936 | J. Hazenberg (Jan) | Voorheen Arbeider - telegrafist te Scheemda. Komt als Assistent van de stationsdienst naar Nieuw-Amsterdam. Vertrekt naar Halfweg. |
Lijnassistent | 15-05-1935 | 11-01-1942 | H.H. Buit (Harmannus Henderikus) | Komt als Arbeider - telegrafist uit Eerste Exloërmond. Op 9 juli 1941 promotie tot Lijnassistent. |
Telegrafist | 01-11-1905 | 26-10-1912 | W. Elsinga (Wiebe) | Voorheen Arbeider - telegrafist te Leeuwarden. Op 15 september 1912 promotie tot Telegrafist. Vertrekt naar Emmen. |
Arbeider - telegrafist | 13-02-1912 | 12-07-1919 | L. Ringen (Lambertus) | Eerste betrekking bij de spoorwegen als Loopjongen. Op 18 augustus 1914 promotie tot Hulparbeider. Op 31 januari 1915 promotie tot Waarnemend arbeider. Op 27 augustus 1916 promotie tot Arbeider - rangeerder. Op 27 november 1918 promotie tot Arbeider - telegrafist. Vertrekt naar Zwolle. |
Arbeider - telegrafist | 26-09-1918 | 01-12-1918 | H. Brouwer (Hermanus) | Voorheen Arbeider te Heerenveen. Komt als Arbeider - telegrafist naar Nieuw-Amsterdam. Vertrekt naar Nijmegen. |
Arbeider - telegrafist | 27-10-1912 | 19-08-1921 | B. Horsting (Bernard) | Afkomstig uit Boerveenschemond. Vertrekt naar Staphorst. |
Arbeider - telegrafist | 28-11-1915 | 28-10-1918 | A.J. Bolink (Arend Jan) | Voorheen Arbeider - rangeerder te Heino. Komt als Arbeider - telegrafist naar Nieuw-Amsterdam. Vertrekt naar Haarle. |
Arbeider - telegrafist | 04-07-1919 | 04-03-1922 | J. Kapma (Jakob) | Voorheen Arbeider - rangeerder te Gieten. Komt als Arbeider - telegrafist naar Nieuw-Amsterdam. Vertrekt als Assistent van de stationsdienst naar Wolvega. |
Arbeider - telegrafist | 25-09-1921 | 22-08-1925 | A. Bultema (Anko) | Afkomstig uit Zwartsluis. Vertrekt naar Emmen. |
Arbeider - telegrafist | 05-03-1922 | 15-11-1925 | B. Horsting (Bernard) | Komt voor de 2e keer naar Nieuw-Amsterdam. Afkomstig uit Diepenveen West. Vertrekt naar Barneveld. |
Arbeider - telegrafist | 04-12-1927 | 29-06-1935 | H. Doddema (Hendrik) | Voorheen Arbeider - rangeerder te Veendam. Op 29 januari 1928 promotie tot Arbeider - telegrafist. Vertrekt naar Wildervank. |
Rangeerder | 15-07-1918 | 24-01-1952 | G. Geissler (Gerrit) | Eerste betrekking bij de spoorwegen als Hulparbeider. Op 5 januari 1919 promotie tot Waarnemend arbeider. Op 27 april 1919 promotie tot Arbeider. Op 17 augustus 1919 promotie tot Arbeider - rangeerder. Heeft in de periode 15 juli 1934 tot 31 december 1946 elders gewerkt waaronder station Coevorden. Promoveert op 24 mei 1942 in Coevorden tot Rangeerder. Verlaat de dienst vanwege invaliditeit. |
Arbeider | 04-12-1927 | 29-06-1935 | H. Doddema (Hendrik) | Voorheen Arbeider - rangeerder te Veendam. Op 29 januari 1928 promotie tot Arbeider. Vertrekt naar Wildervank. |
Arbeider - rangeerder | 02-11-1906 | 17-09-1910 | J. Bruins (Jocob) | Eerste betrekking bij de spoorwegen als Hulparbeider. Op 31 maart 1907 promotie tot Arbeider - rangeerder. Vertrekt naar Stadskanaal als Arbeider - remmer. |
Arbeider - rangeerder | 01-10-1910 | 13-04-1915 | J. Bruins (Jisse) | Eerste betrekking bij de spoorwegen als Waarnemend arbeider. Op 8 oktober 1911 promotie tot Arbeider - rangeerder. Vertrekt naar Staphorst. |
Arbeider - rangeerder | 19-04-1915 | 12-01-1918 | J. de Vries (Johannes) | Eerste betrekking bij de spoorwegen als Hulparbeider. Op 28 november 1915 promotie tot Waarnemend arbeider. Op 16 april 1916 promotie tot Arbeider - rangeerder. Vertrekt naar Gasselte als Arbeider - telegrafist. |
Arbeider - rangeerder | 26-02-1917 | 22-11-1924 | H.J. Giezen (Hermannes Johannes) | Eerste betrekking bij de spoorwegen als Hulparbeider. Op 16 september 1917 promotie tot Waarnemend arbeider. Op 28 oktober 1917 promotie tot Arbeider - rangeerder. Vertrekt naar Heerenveen. |
Arbeider - rangeerder | 27-12-1925 | 10-02-1934 | R. van Hasfeld (Roelof) | Voorheen wegwerker Mariënberg - Emmen. Komt als Arbeider naar Nieuw-Amsterdam. Op 28 november 1926 promotie tot Arbeider - rangeerder. Vertrekt naar Ommen. |
Waarnemend arbeider | 16-04-1918 | 21-09-1918 | J.M.A. Schemkes (Johannes Marinus Antonius) | Voorheen hulparbeider te Zwolle. Op 7 juli 1918 promotie tot Waarnemend arbeider. Vertrekt naar Zwolle. |
Ploegbaas | ? | 1939 | W. Boxma | Met pensioen |
Ploegbaas | 1939 | ? | Brand | Afkomstig uit Dalen |
Brugwachter | 01-11-1905 | 20-03-1907 | A. van Galen (Antonius) | Voorheen wegwerker Steenwijk. Vertrekt naar Raalte. |
Gegevens plaats
Algemeen
De plaats Nieuw-Amsterdam is ontstaan als zogenaamd veendorp. Het afgraven van turf in het gebied trekt mensen aan. Net als veel andere veendorpen in het noorden van Nederland wordt Nieuw-Amsterdam gekenmerkt door zijn lintbebouwing langs het kanaal. De plaats Nieuw-Amsterdam begint aan het eind van de 19e eeuw te groeien. Naast de vele veenarbeiders komen er spoedig enkele winkels. Direct naast Nieuw-Amsterdam ligt de plaats Veenoord. Samen worden de plaatsen het Tweelingdorp genoemd.
Alvorens de NOLS in Nieuw-Amsterdam komt, rijdt is er al een tramverbinding van de EDS naar Hoogeveen. Om de trampassagiers een goede overstapmogelijkheid te bieden laat de EDS haar tramlijn voor het station langs lopen. Oorspronkelijk loopt het EDS-tracé langs de Hoogeveenschevaart. In de nieuwe situatie ligt de kruising ten oosten van het station. De EDS is er vroeg bij, want al op 28 april 1905 komt het nieuwe tracé in dienst. Een halfjaar voordat de eerste trein Nieuw-Amsterdam komt binnenrollen.
Het station heeft vooral de laatste jaren een functie in het forensenvervoer. Veel reizigers in de ochtend- en avondspits. Met name scholieren en arbeiders naar Emmen of Coevorden. Door de lintbebouwing is de afstand tot het station voor veel inwoners behoorlijk groot. Buiten de spits is er weinig of geen vervoer.
Bestuur
Nieuw-Amsterdam maakt onderdeel uit van de gemeente Emmen. Zie voor meer informatie station Emmen. De aangrenzende plaats Veenoord hoort bij de gemeente Sleen. De zeggenschap over het station wordt door de beide gemeenten gedeeld, hoewel het station formeel op het gebied van de gemeente Sleen ligt, maar de naam draagt van het grotere Nieuw-Amsterdam.
Voorzieningen
Algemeen
Jaren lang zijn de voorzieningen bij station Nieuw-Amsterdam niet al te groot. In de eerste jaren rijdt de stoomtram langs het station. Daarna komt er weinig openbaarvervoer langs het station. Gelegenheid om een auto te parkeren is er nauwelijks, zeker niet voor langere tijd. Bij het station is een overdekte fietsenstalling gebouwd.
Hotel restaurant en stationskoffiehuis "K. Sikkens", later respectievelijk "Swart", "Brouwer", "Grimme", "Zwiggelaar" en "Van Wieren"
Aannemer Broekhoven koopt kort na de aanleg van de spoorlijn een perceel grond van de heer Berend Pals. In 1908 wordt het perceel door verkocht aan de Groningse wijnhandelaar Carel Federik Reilingh. Deze laat een hotel bouwen op het perceel maar exploiteert het niet zelf. Dat laat hij over aan de heer Klaas Sikkens. De heer Sikkens overlijdt echter reeds in 1910. De heer Reilingh verkoopt het gebouw daarop aan de heer Derk Henderik Swart. In 1912 laat de heer Swart het hotel flink vergroten. In 1913 doet de heer Swart het gebouw in de verkoop. Het gebouw wordt overgenomen door de familie Brouwer uit Noordbroek. De heer Brouwer houdt het tot in de Tweede Wereldoorlog vol.
Hotel Grimme in Nieuw-Amsterdam. Op de achtergrond is duidelijk het station zichtbaar.
|
Hotel café restaurant Grimme in Nieuw-Amsterdam
|
Vlak na de oorlog neemt de heer Herman Grimme (1893 - 1980) het hotel over. Herman is een broer van Jozef Grimme die het hotel Grimme tegenover het station van Emmen exploiteert. Joop Grimme (1930 - 1988), de zoon van Herman Grimme, trouwt in 1954 en neemt bij die gelegenheid het hotel van zijn vader, die met pensioen gaat, over. In 1964 wordt het hotel verkocht aan de heer Gerrit Zwiggelaar.
In 1970 komt het hotel in handen van de heer Berend Hendrik van Wieren. Op 26 augustus 1971 breekt er een felle brand uit. De familie herstelt nog wel de schade, maar stopt enkele jaren later met de exploitatie. Enkele jaren heeft er nog een Chinees restaurant in het pand gezeten. Daarna verloor het zijn horecafunctie. Inmiddels is het pand afgebroken en ligt het terrein braak, maar staan er nog wel een paar mooie bomen.
Suikerzakje van hotel Grimme in Nieuw-Amsterdam. Op het zakje de vermelding dat het hotel tegenover het station is gelegen.
|
- |